Martin Rouwendaal
Martin Rouwendaal (1925 – 1994 )
Bergen ; Duinstreek 3-8-1994
We wisten het in Bergen allemaal. Martin Rouwendaal was ongeneeslijk ziek. Maar je schrikt toch als je dan hoort dat Martin is overleden. Dat plotselinge, dat onherroepelijke treft toch altijd. Zoiets kan nooit wennen. En wat zal de samenleving in Bergen Martin missen.
Zo bescheiden als hij altijd was, had hij toch een vast plek bij alle dorpsbewoners. Want Martin was actief. Hij zocht altijd mensen op, hij kon eigenlijk niet zonder mensen. Hij hield van mensen…..
Persoonlijk heb ik Martin jaren geleden leren kennen toen hij als bartender in de Taveerne, onder directie van de familie Diesfeldt aan het werk was. Vreemd beroep eigenlijk voor iemands als Martin in wezen was. Maar hij was dan wel temidden van mensen. En hij was daar ook in dat vak zeer gezien! De sympathie voor hem is ook in het vak van kunstschilder altijd gebleven. Iedereen sprak altijd met een waardering over hem. En gaandeweg werd zijn werk ook steeds meer gewaardeerd.
Imaginaire landschappen, noemde hij het zelf. Maar er waren ook imaginaire zeeschappen, grapte hij wel. Want Martin had een eigen humor, die hem tot het laatste toe vergezelde. Hij wilde zijn werk graag “aan de man brengen” . Dan stond hij op de vroegere kunstmarkt, dan ging hij weer voor hotel De Brink op het trottoir staan. Of bij De Spin in Bergen aan Zee. En het laatste bij garage Smit op de hoek van de Ruïnelaan. Praktisch nooit was hij alleen: altijd kwam er wel iemand een praatje maken. Een stoel was er ook altijd bij Martin!
Zijn werk is onderhand naar alle delen van de wereld uitgezwermd. Toeristen kochten graag ‘een eigen Rouwendaal’ uit dat kunstenaarsdorp Bergen. Hij was ook betaalbaar en dat is toch heel belangrijk. De badgasten namen een stukje Bergen mee naar huis. En hadden het lage bedrag dat hij vroeg er graag voor over.
Hij werd wel een van de laatste bohemiens genoemd, net als indertijd Hans van Draanen waar hij goed bevriend mee is geweest. Martin straalde vertrouwen uit, waardoor toch veel mensen hem meer vertelden dan ze aanvankelijk van plan waren. Maar bij Martin waren hun verhalen veilig. Hij ging zeer zorgvuldig om met mensen.
Net als met zijn eigen werk. Na de periode met de bakfiets vol schilderstukjes en na de periode met zijn scooterachtig vervoermiddel, bleef Martin fietsen. Je kon hem overal tegenkomen, zijn markante kop rechtop. Als je hem buiten het centrum tegenkwam zei hij : “Hallo, ik ben even buiten beeld!”
Martin had een vast vertrouwen in een ander leven, in een andere vorm als hij eenmaal was overgegaan zoals hij dat zelf noemde. In zijn werk blijft Martin Rouwendaal bij ons en zal Bergen en zijn vrienden hem zeker niet vergeten. Hij was een gaaf mens.